Duitse Hangoor
kleine rex dalmatiner
Tentoonstelling
Wat houdt een tentoonstelling in?
De jaarlijkse hoogtepunten voor iedere fokker van neerhofdieren zijn de tentoonstellingen die vooral in de herfst en de winter georganiseerd worden. Ook voor de gewone liefhebber kan het bezoeken van zulke shows heel interessant zijn. Het is daar dat je gezonde, raszuivere dieren kan aanschaffen. Bovendien kan je daar de nodige informatie over het houden van je uitgekozen ras bij elkaar sprokkelen. Doorwinterde fokkers zullen je zeker voorzien van de nodige tips en truukjes.
Wat gebeurt er nu tijdens zo een show en wat gaat er allemaal aan vooraf?
Alles begint in de lente met het samenstellen van je fokdieren en het fokken zelf. Geen enkele fokker kan al deze jongen behouden voor het tentoonstellingsseizoen. Daarom zal hij of zij op bepaalde tijdstippen een selectie maken van de dieren die het beste beantwoorden aan de geldende rasstandaarden. De andere dieren worden daarna afgegeven aan dierenwinkels of dierenliefhebbers die niet noodzakelijk een top showdier hebben willen. Daarna worden de overgebleven dieren de hele zomer in de watten gelegd en wordt hun evolutie tot volwassen dier met argusogen gevolgd.
In de herfst, wanneer de eerste inschrijvingsformulieren in de brievenbus vallen, wordt het spannend. Dan kan je eindelijk je dieren inschrijven voor een show. Elke fokker wil zijn dieren meten met die van zijn collega fokkers. Het is evident dat dit in de meeste gevallen gebeurt in een sfeer van wederzijds respect. In onze hobby ontstaan er dan ook, zoals in vele andere hobby´s, vriendschappen voor het leven.
En dan kan je eindelijk op pad om je dieren in te gaan kooien op een show. Meestal blijven ze daar een heel weekend, alhoewel eendagskeuringen aan populariteit winnen. De volgende ochtend worden de dieren aan een grondige keuring onderworpen. Deze keuring gebeurt door keurmeesters die hier een jarenlange opleiding voor gevolgd hebben. Bij elke diergroep verloopt deze keuring op een iets andere manier. Cavia´s en konijnen worden gequoteerd op 7 verschillende onderdelen, gaande van type en bouw, kleur, tekening, haarstructuur, verzorging enzoverder. Duiven en hoenders worden op een andere manier beoordeeld. Hier vertrekt men van een blanco keurkaart die is onderverdeeld in 3 onderdelen. Eerst kijkt de keurmeester naar alle kwaliteiten die een dier heeft, vervolgens beoordeelt men de wensen en tenslotte de fouten die er gevonden kunnen worden. Bij park- en watervogels tenslotte staat er op voorhand helemaal niets op een keurkaart. Hier is het de keurmeester zelf die naar eigen goeddunken de keurkaart invult, rekening houdend met de onderdelen die er zijn en degene die het zwaarste doorwegen in de eindbeoordeling.
We willen hier tenslotte nogmaals benadrukken dat, hoewel een competitieve sfeer zeker aanwezig is, alles in onze hobby draait rond het plezier in het houden van dieren. Hierbij staan het respect voor elk dier en een optimale verzorging centraal.